logo logo_provincieUtrecht
Vóór het Jaar Nul

Vóór het Jaar Nul

De oudste vondsten Provincie Utrecht komen uit zandgroeven. Het zijn bijna onherkenbare werktuigen van vuursteen,  meer dan 200.000 jaar oud. Vanaf ongeveer 11.000 jaar geleden zal het gebied geregeld zijn bezocht door groepjes jagers, en vanaf zo’n 6000 jaar geleden richtten de mensen vaste woonplaatsen in, waar ze graan verbouwden en vee hielden. Uit deze vroegste, prehistorische bewoningsperiode zijn allerlei fascinerende vondsten bewaard gebleven. Ze vertellen ons iets uit een tijd waarover niets is opgeschreven, en hun verhaal is daardoor  uniek.

Omwikkelde beker                             

In het begin van het derde millennium v.Chr. heeft er een `culturele revolutie’ plaatsgevonden in Europa. Vanuit Oost-Europa vonden nieuwe vormen en gebruiken hun weg naar het westen. Archeologen herkennen vooral de manier van begraven van deze nieuwe cultuur. Bepaalde mensen – vooral mannen, lijkt het – werden op hun zij met opgetrokken benen begraven in een kuil, die werd afgedekt met een grafheuvel. Deze doden kregen altijd iets mee in hun graf: een stenen `strijdhamer’, een vuurstenen mes, en bijna altijd een versierde beker van aardewerk. Daar zal wel een (licht-)alcoholische drank in hebben gezeten, denken sommige archeologen.

Dit is zo’n beker van de `Enkelgrafcultuur’. Deze lelijke naam heeft ze te danken aan de graven, waar steeds maar één persoon in werd gelegd. Naast bekers met visgraatmotieven zijn er ook veel die versierd zijn met de indruk van een touw, dat om de nog zachte klei van de pot werd gewikkeld. Dat is bij deze beker, die van boven tot onder is versierd, goed te zien. Hij is gevonden bij de voormalige steenfabriek in Rhenen.

Meer voorwerpen uit dezelfde vindplaats