Tussen Romeinen en Riddertijd

Meer dan twee eeuwen lang liep de grens van het Romeinse rijk dwars door Utrecht, zowel door de huidige provincie als door de huidige stad. Tussen 250 en 300 n. Chr. kwam dar abrupt een einde aan. Het Romeinse leger ontruimde de forten langs de (Kromme en Oude) Rijn , en nog weer een eeuw later was er niets meer over van de Romeinse heerschappij. Nog in diezelfde tijd namen anderen het heft in handen: zwaar bewapende krijgers en hun gevolg uit het noorden, die zich nestelden in de oude forten en op andere punten langs de rivier. Bijzondere archeologische vondsten werpen licht op deze `donkere’ Middeleeuwen. 

Magische bol

Eind zesde eeuw werd in graf 175 een dame van stand bijgezet in een van een uitgeholde boomstam gemaakte kist. Aan haar gordel hing een bijzonder sieraad – of was het een talisman? Het is een bolletje van bergkristal, gevat in een zilveren band. Uit graven elders in Europa is bekend dat deze bollen, gemaakt van het hardste materiaal dat men kende, door oudere vrouwen met hoge status werden gedragen. Aan bergkristal werd een ons onbekende, maar in ieder geval sterke magische werking toegeschreven. Wat zou de samenhang zijn tussen die kracht en het geslacht en de leeftijd van de draagster?