logo logo_provincieUtrecht
Tussen Romeinen en Riddertijd

Tussen Romeinen en Riddertijd

Meer dan twee eeuwen lang liep de grens van het Romeinse rijk dwars door Utrecht, zowel door de huidige provincie als door de huidige stad. Tussen 250 en 300 n. Chr. kwam dar abrupt een einde aan. Het Romeinse leger ontruimde de forten langs de (Kromme en Oude) Rijn , en nog weer een eeuw later was er niets meer over van de Romeinse heerschappij. Nog in diezelfde tijd namen anderen het heft in handen: zwaar bewapende krijgers en hun gevolg uit het noorden, die zich nestelden in de oude forten en op andere punten langs de rivier. Bijzondere archeologische vondsten werpen licht op deze `donkere’ Middeleeuwen.

Prachtklos

Spinnen en weven waren in de Vroege Middeleeuwen vormen van huisarbeid, zoals het altijd was geweest en zoals het nog lang zou blijven. Het werd, naar men aanneemt, door vrouwen uitgevoerd. Om de benodigde garens bij elkaar te spinnen, zullen veel vrouwen een deel van de dag bezig zijn geweest met dit werkje. De vele spinklosjes die bij opgravingen worden gevonden, illustreren dat. De groen-witte spinklos van glas linksboven op de foto is wel een prachtexemplaar, dat afsteekt bij de gebruikelijke klosjes van been of gebakken klei. Van de vroegmiddeleeuwse kunst om veelkleurig glas te maken, getuigen ook de kralen ernaast. De spinklos is afkomstig uit het rijke vrouwengraf 118, de kralen komen uit een ander vrouwengraf, nummer 88, dat uit dezelfde periode dateert (eind zesde eeuw) en minder rijk is maar wel vol kralen lag. Spinnen en weven waren in de Vroege Middeleeuwen vormen van huisarbeid, zoals het altijd was geweest en zoals het nog lang zou blijven. Het werd, naar men aanneemt, door vrouwen uitgevoerd. Om de benodigde garens bij elkaar te spinnen, zullen veel vrouwen een deel van de dag bezig zijn geweest met dit werkje. De vele spinklosjes die bij opgravingen worden gevonden, illustreren dat. De groen-witte spinklos van glas linksboven op de foto is wel een prachtexemplaar, dat afsteekt bij de gebruikelijke klosjes van been of gebakken klei. Van de vroegmiddeleeuwse kunst om veelkleurig glas te maken, getuigen ook de kralen ernaast. De spinklos is afkomstig uit het rijke vrouwengraf 118, de kralen komen uit een ander vrouwengraf, nummer 88, dat uit dezelfde periode dateert (eind zesde eeuw) en minder rijk is maar wel vol kralen lag. 

Meer voorwerpen uit dezelfde vindplaats