Huis & Haard

De inheemse bevolking van Nederland at zijn eigen graan en vlees en bereidde dat eten in zelfgebakken potten. Voor het Romeinse leger werd alles door anderen verbouwd, gemaakt en ingevoerd: graan, vlees, vis, potten, borden, bekers. De soldaten aten voedsel dat hier nog nooit was gezien en geproefd, en gebruikten aardewerk dat in grote pottenbakkerijen in Frankrijk, België en Duitsland `aan de lopende band’ werd vervaardigd.   

Leeuwenbekjes  

In de Romeinse keuken werd veel gewerkt met kruiden en olie. Die werden samen fijngewreven tot een sausje. Daar gebruikte de kok een wrijfschaal voor, een schaal van stevig aardewerk met een schenktuit. In de bodem van de schaal waren stukjes grind meegebakken, waardoor het fijnwrijven gemakkelijker ging. Veel van die wrijfschalen zijn van heel dik, grof aardewerk, maar er zijn ook fijnere vormen. Bij deze fragmenten van terra sigillata-wrijfschalen is de uitschenkopening vormgegeven als een plastisch leeuwenkopje.